Een gezond gazon
In het voorjaar wisselen regen en zon elkaar af. Heerlijk, zult u denken, want dit zorgt ervoor dat alles goed groeit en bloeit! Als een soort bevestiging ziet u alles om u heen groener worden, waaronder uw gazon.
Maar wat moet u doen om uw gazon mooi groen te houden? Wij vroegen het aan Gerwin te Velde, onze vraagbaak bij onze leverancier EcoStyle Professional.
Hij vertelde ons het volgende:
Daarom bemesten
‘Terwijl het wisselvallige weerbeeld aanhoudt, stijgen langzaam de temperaturen. En dan… roert zich iets onder het oppervlakte van uw gazon.
Nog voordat zichtbaar wordt wat zich daar allemaal afspeelt, wordt het tijd voor de tweede bemestingsronde. Het bemesten van het gazon is belangrijk om het gras van voldoende voedingsstoffen te voorzien. In een normale bemestingsbeurt maken we daarom gebruik van NPK-mest. Een mix van stikstof, fosfor en kalium die het alom bekende plantje een flinke opkikker geven, want dit zijn de basis ingrediënten die hij nodig heeft om goed te kunnen groeien. Met name rond deze tijd van het jaar heeft hij de stoffen extra hard nodig en kan daarbij wel een beetje hulp gebruiken. Daarom bemesten we het gazon in het voorjaar, zodra de bodemtemperatuur is gestegen tot 12 graden (dit is de temperatuur waarop gras gaat groeien) En adviseren we aan het einde van het voorjaar een tweede mestronde.’
Oeps… te laat
‘Maar soms is dat niet genoeg. Wie in juni de tweede mestbeurt voor zijn gazon heeft gepland kan te laat zijn. Zeker bij een slechte start van het seizoen. Een nat voorjaar namelijk, geeft ook voedingsbodem voor rooddraad. Een vervelende schimmelziekte die het gazon teistert. De schimmel tast de wortels van het gras aan, dat zorgt voor een lelijke kale plek in uw gazon, waarna er rood gras lijkt te groeien. Dit roodgekleurde goedje is, u raadt het al, de gevreesde rooddraadschimmel.’
‘Kunnen we deze ziekte voorkomen danwel een halt toeroepen? Gelukkig wel.
Wij adviseren ofwel een dubbele dosis NKH-meststof te strooien, of ter aanvulling op de normale dosis NKH-meststof, ervoor te kiezen om OpmaatN11 toe te voegen. OpmaatN11 lost niet alleen een tekort aan stikstof op, er zijn ook micro-organismen aan toegevoegd die ervoor zorgen dat de plant beter in staat is om het stikstof op te nemen, waardoor er weer een gezonde voedingsbodem ontstaat voor het gras om te groeien. Goed voor het gras, maar minder goed nieuws voor de gevreesde schimmel. Die heeft niet zoveel baat bij een ‘gezonde’ bodem.’
Te weinig voeding, een feest voor plagen!
‘Zijn daarmee de problemen opgelost? Helaas niet altijd. Te weinig voeding in de bodem zorgt ervoor dat de weerstand van het gras drastisch terugloopt. Dit geeft een reële kans op nog meer problemen. Witte en bruine beestjes liggen op de loer om zich tegoed te doen aan het gras. De witte, engerlingen genaamd, knabbelen gulzig aan de wortels van het gras, waardoor het gras verkleurd en dood gaat. De bruine beestjes, emelten genaamd, smullen daarentegen van de toppen van het gras.
Vaak hebben we te maken met slechts één soort plaag. Het komt zelden voor dat beide beestjes gelijktijdig de aanval op het gazon hebben geopend.
Gelukkig is ook hier iets aan te doen. Met aaltjesnematoden kunnen we het ongedierte actief en preventief bestrijden.’
‘Wesseling Tuinen kiest voor preventief bestrijden en laat standaard een legertje aaltjes los op de gazons die bij hen in onderhoud zijn. Zolang aaltjes voedsel hebben, zullen zij zich vermenigvuldigen en blijven ze daarmee actief. Zijn de plaagdieren uitgeroeid, dan zullen ook de aaltjes afsterven.’
Doorbreek de cyclus
‘Betekent dit dat zich geen plaagdieren meer bevinden in het gras?
Zeker niet. Wie kiest voor actieve bestrijding moet weten dat er drie soorten engerlingen zijn. Namelijk die van de rozenkever, de junikever en de meikever.
Deze leven respectievelijk 1 jaar, 2 jaar of 3 jaar onder de grond.
Op = op, zult u denken, maar zo werkt het niet helemaal. De larven die het tot kever hebben geschopt komen graag terug naar hun geboorteplaats om daar opnieuw eitjes te leggen, waar larven uit ontstaan. Ze vinden de plek terug doordat de engerlingen een bepaalde geur afscheiden. Deze cyclus van eitjes leggen duurt net zo lang als de tijd dat de kever als larve onder de grond leeft. Dit betekent dat er jaarlijks bestreden moet worden om de cyclus te kunnen doorbreken.’
‘Overigens een leuk weetje en handig bij actieve bestrijding: Wilt u weten met welke larve u te maken heeft, dus of hij 1, 2, of 3 jaar bestreden moet worden? Vraag het de kenner. Bij Wesseling Tuinen kunnen we aan de kont van de engerling zien van welke kever hij afkomstig is.’
Een Afrikaanse indringer!
‘Dan hebben we nog het bruine beestje, emelt genaamd. Misschien kent u hem wel. Het is de larve van de langpootmug. Hij leeft slechts 1 jaar en hoeft dan ook maar eens per jaar bestreden te worden. Wellicht heeft u in eerdere blogs van Wesseling gelezen dat dit in het najaar moet gebeuren. Tot voor kort was dit ook het geval. Maar sinds enkele jaren is er een Afrikaanse indringer gespot die hier goed lijkt te kunnen aarden. De Afrikaanse broer is nauwelijks te onderscheiden van de soort die we hier kennen. Het verschil is echter dat hij zijn eitjes in het voorjaar legt. Hierdoor hebben we plotseling twee keer per jaar last van emelten en moeten ze zowel in het voor- als het najaar bestreden moeten worden.’
3 Gouden tips voor een gezond gazon
Laat het pas gemaaide gras liggen
‘Mensen die zich concentreren op een net en strak gazon en verder keurig de mestbeurten bijhouden, hebben toch kans dat schimmels en plagen vrijelijk hun gang kunnen gaan. Door steeds alles op te ruimen, is een reële kans dat het gras tussen de mestbeurten door te weinig voedingsstoffen krijgt.
De eerste tip die ik daarom wil meegeven is om het gazon niet al te netjes te maken. Wanneer het gazon wordt gemaaid wordt het gras doorgaans opgevangen in een bak, of keurig bij elkaar geharkt zodat het gazon er weer picobello uitziet.
Maar daarmee wordt 15 tot 25 procent! van de benodigde voedingsstoffen verwijderd! Een ander bijkomend voordeel is dat onkruiden op deze manier minder kans maken in het gazon. Ik geef er daarom de voorkeur aan dat maaisel blijft liggen.’
Geef lucht
‘Lucht en zuurstof zijn de motor voor het gazon.
Door het gazon veel te gebruiken en harde regens slaat de grond dicht. Het is daarom belangrijk om minimaal 2x per jaar het gazon te beluchten. Doe dat in het voor- en het najaar, wanneer de temperaturen nog niet zo hoog zijn.
Het beste kunt u beluchten vlak voor of na een regenbui. Doet u het vlak erna, dan kunt u makkelijker gaatjes prikken in het gazon. Doet u het voor de regenbui, dan kan het water goed in de grond doordringen.
Heeft u een goede beregeningsinstallatie die het hele gazon bereikt? Dan kunt u ’s zomers ook prima beluchten, waarna u het gazon water geeft.
Let wel op met warm weer. Bij hoge temperaturen rond de 30 garden zal het gazon uitdrogen als u dit klusje doet.’
Geef het gazon geen fastfood!
‘Dat het gazon bemesting nodig heeft, mag duidelijk zijn. Als u gaat bemesten kiest u dan voor 100% organisch. Dit is optimaal voor het bodemleven.
In niet organische meststoffen zit onder andere zout verwerkt. Het voordeel van zout is dat het vervelende schimmels doodt. Het nadeel van zout is dat het ook vele goede schimmels elimineert. Bovendien is het overige bodemleven ook niet geheel blij met zout. Velen overleven het niet wanneer u niet-organische meststoffen gebruikt. Wanneer het bodemleven verdwijnt, slaat de bodem dicht. Er komt dan te kort zuurtstof bij en uw gazon heeft het vervolgens zwaar. En u? U bent heel hard aan het werk en geeft maar weer een beetje meststof bij. Het is als een bezoekje aan een fastfoodketen. U zit snel vol, maar heeft vlak erna alweer honger, omdat u geen voedingsstoffen binnen heeft gekregen. In het ergste geval wordt u daarbij ook nog getrakteerd op buikpijn en/of een vervelende stoelgang.
Kortom, geef uw gazon geen fastfood, maar kies uitsluitend voor 100% organische meststof. Dat houdt het bodemleven optimaal.