We proberen als hoveniersbedrijf altijd net een beetje anders te zijn, net een beetje meer kennis te delen en net een beetje meer algehele aandacht voor de natuur te geven. Om die reden komen er soms niet alledaagse tuinonderwerpen aan bod. Maar in mijn ogen zijn ze wel een belangrijk onderdeel van ons werk. Dat we bijvoorbeeld bijen en vlinders moeten zien te behouden wordt inmiddels breed gedragen. Daar ziet iedereen het belang van in. Maar biodiversiteit, de veel gebruikte term die inmiddels in mijn ogen meer een hype dan een begrip is, gaat veel verder dan dat.
Dat betekent dat al het tuinleven even belangrijk is. Of het nu gaat om spinnen, om vogels, om schimmels en ja, zelfs plagen. Want in de juiste verhoudingen houdt het elkaar in stand en fungeert de natuur zoals het bedoelt is. Oftewel, het kan doen, wat het zou moeten doen om optimaal tot haar recht te komen. In de tuin betekent het dat alles naar behoren groeit en bloeit. Soms is daar een handje hulp bij nodig, dat doen we met biologische producten van bijvoorbeeld EcoStyle Professional. En soms is dat het delen van kennis.
Om daarmee terug te komen op je vraag. Reptielen en amfibieën zijn eveneens een belangrijk onderdeel van de natuur. Maar weinig tuinbezitters weten van het bestaan in hun tuin en last but not least, het zijn leuke interessante dieren waar maar weinig over gesproken wordt.
Oké, heel kort dan even snel terug naar een lesje biologie. Amfibieën ondergaan meestal een metamorfose. Ze beginnen hun leven in het water als larven (bijvoorbeeld als kikkervisjes of salamanderlarven) en ontwikkelen zich vervolgens tot volwassen dieren die op het land kunnen leven. Tijdens dit proces veranderen ze van een waterdier (met kieuwen) naar een landdier (met longen of huidademhaling).
Bekende voorbeelden zijn kikkers, padden en salamanders
Reptielen komen ter wereld als volwassen dieren (afhankelijk van de soort, meestal via eieren). Ze ondergaan geen metamorfose zoals amfibieën. Reptielen blijven het hele leven hetzelfde soort dier en hoeven niet naar het water terug te keren om te overleven.
Voorbeelden zijn hagedissen, slangen, schildpadden en krokodillen.
De meeste mensen weten dat natuurlijk wel, maar vooral salamanders en hagedissen worden nog weleens door elkaar gehaald, dus zo gek is je vraag niet. Ik zal het hier nog eens uitgebreider toelichten.
Salamanders hebben vaak een lang, slank lichaam met een afgebakende kop, een korte nek en een staart. Ze hebben vier gelijke ledematen.
Hagedissen hebben meestal een steviger lichaam met een duidelijke nek, langere poten en een goed ontwikkelde staart. Sommige soorten hebben een langer of dikker lichaam dan salamanders.
Huid
De huid van een salamander is meestal zacht, vochtig en slijmerig. Dit komt omdat salamanders amfibieën zijn, die afhankelijk zijn van een vochtige omgeving om goed te kunnen ademen door hun huid (ademhaling door de huid is typisch voor amfibieën).
De huid van een hagedis is droog, schubachtig en bedekt met schubben. Dit is typisch voor reptielen, die een harde, beschermende huid hebben om uitdroging te voorkomen. Hagedissen zijn beter in staat om droge omgevingen te overleven in vergelijking met salamanders.
Ogen
Salamanders hebben vaak minder prominente ogen dan hagedissen, en de ogen kunnen wat "kleiner" of minder opvallend lijken.
Salamanders bewegen zich meestal langzaam en slangenachtig, vaak met een golvende beweging van hun lichaam. Ze zijn meestal nachtactief (schemer- of nachtactief) en houden zich schuil onder rotsen, takken of in de bodem. Ze zijn vaak vrij verlegen en zullen snel een schuilplaats zoeken als ze zich bedreigd voelen.
Hagedissen zijn meestal actiever dan salamanders, vooral overdag. Ze bewegen zich snel en kunnen in veel gevallen ook klimmen (bijvoorbeeld op muren of bomen) en snel wegrennen van gevaar.
Ze zijn vaak te vinden in zonnige gebieden, waar ze zich opwarmen op rotsen of muren, een gedrag dat "thermoregulatie" wordt genoemd
Voedsel
Salamanders zijn meestal insecteneters, en hun dieet bestaat uit kleine ongewervelden zoals insecten, wormen, slakken en andere kleine dierlijke organismen. Ze jagen vaak door de bodem of onderzoeken het vochtige bladerdek.
Hagedissen hebben ook een carnivoor dieet, maar sommige soorten kunnen ook herbivoor zijn, afhankelijk van de soort. Ze eten vaak insecten, spinnen, maar sommige grotere soorten kunnen ook andere kleine dieren eten. Maar in de Nederlandse tuinen gaat het vaak om kleine hagedisjes en blijft het bij insecten.
Hagedissen hebben vaak een groter jagend bereik dan salamanders en kunnen actief op zoek zijn.
Kortom, Salamanders en hagedissen eten nagenoeg hetzelfde. Je kunt ze daarom ook op dezelfde plek tegenkomen. Doordat we dieren niet vaak zien, is het weleens lastig onderscheidt te maken. Dit maakt het dus weleens verwarrend voor mensen.
Grof gezegd wordt de hagedis doorgaans overdag in de zon gespot en de salamander heel vroeg in de ochtend of in de avond in een vochtige omgeving.
Toch komen ook hagedissen voor in ons land. Hagedissen komen vooral voor op plekken die warm en zonnig zijn. Ze hebben de neiging zich te verschuilen onder stenen, in rotsen of op muren, maar je kunt ze ook op zonnige grasvelden, heidevelden of langs droge zandduinen vinden.
Tuinen met veel zonlicht, muurtjes of een hoekje waar het lekker warm wordt, zijn perfecte plekken voor hagedissen.
De meest voorkomende hagedis in Nederland is de levend barende (ook wel gewone) hagedis (Lacerta vivipara) Een kleine hagedis die maximaal 18 centimeter lang wordt.
Verder hebben we in Nederland ook de Hazelworm. Deze wordt vaak verward met een slang. Maar het is een hagedis zonder pootjes. En als je goed naar het hoofd kijkt, zie je de hagedis erin terug.
Hazelwormen leven vaak in bossen, houtwallen en andere plekken waar ze zich goed in de (dode) vegetatie kunnen verschuilen.
De kans dat u een hazelworm in de tuin aantreft is in ons gebied klein. Ze leven voornamelijk in het midden en het oosten van het land. Toch worden ze wel degelijk gespot. Bijvoorbeeld in de Kennemerduinen waar ze rond 1900 zijn uitgezet. Die populatie heeft zich gehandhaafd en bij mooi weer willen ze weleens lekker liggen te zonnen op warme duinpaden. Ziet u een hazelworm die niets vermoedend van eventuele gevaren de weg gebruikt als de ideale plek om van de zon te genieten? Pak hem dan voorzichtig op en leg hem veilig in de bosjes. Pas op, vermijd zijn staart, want bij dreigend gevaar laten ze deze los. Dat zou zonde zijn.
Naast dat ze bijzonder leuk zijn om te zien natuurlijk, zijn ze zoals bij de eerste vraag al vermeld, van belang voor een gezonde leefomgeving.
Amfibieën en reptielen zijn natuurlijke bestrijders van plagen, omdat ze de populatie insecten in stand houden. Deze groep dieren brengen balans in het ecosysteem.
Het creëren van een gastvrije omgeving voor salamanders, hagedissen , padden en kikkers in je tuin is niet moeilijk, maar het vereist wel een beetje planning. Zorg voor plekken in je tuin die vochtig en schaduwrijk zijn. Dit kan een vijver zijn, een stenen muur of een hoek met natte bladeren en mos.
Plant een verscheidenheid aan inheemse planten die een habitat bieden voor insecten en andere kleine dieren die door reptielen worden gegeten.
Laat een paar stapels takken, stenen of een deel van je tuin onbewerkte ruimte zodat salamanders en hagedissen zich kunnen verstoppen en waar ze voedsel kunnen vinden.
Gebruik geen pesticiden of herbiciden die schadelijk kunnen zijn voor de reptielen en hun voedselbronnen.
Hagedissen warmen zich graag op in de zon. Zorg voor open stukjes zonder hoge begroeiing. Het liefst ligt daar een lekkere losse bodem van bijvoorbeeld zand, waarin ze ook eieren kunnen leggen.
Slangen en hazelwormen geven in dat geval de voorkeur aan een lekkere warme composthoop
Ook buiten uw tuin kunt u een steentje bijdragen. U kunt bijvoorbeeld vrijwillger worden bij de jaarlijkse paddentrek en zo de padden helpen om rustig over te steken tijdens de paartijd.
Naar het overzicht