Onlangs kregen wij via LinkedIn een geweldige tip van een van onze volgers.
De dame in kwestie vroeg ons een keertje iets te schrijven over een eetbare tuin.
Een reuze goed idee vinden wij. Zeker wanneer we kijken naar de huidige trends, waartoe ook ‘back to basic’ zoals dat heet behoort. Zo is bijvoorbeeld het moestuinieren weer populair. Met een eetbare tuin ga je een stapje verder. Een soort moestuin, maar dan een genot om naar te kijken. Rijen slaplantjes volstaan niet. Er komt een heus beplantingsplan aan te pas die naadloos aansluit bij persoonlijke tuinwensen. Zelf komen we vaak niet verder dan een lommerrijk plekje onder de walnotenboom, een prachtige overkapping met druivenranken of een zoete erfscheiding met fruitklimmers, zoals bramen, Japanse bessen en kiwi’s.
Een volwaardige eetbare tuin is een tuin waarin je op ontdekkingsreis gaat. Waarin het gehele jaar iets lekkers te vinden is, afkomstig van planten en bloemen waarvan je het niet altijd verwacht.
Dat vraagt om deskundig advies dat wordt vertaald in een beplantingsplan. Gelukkig hebben wij Jana Schmidtchen.
Wanner zij een beplantingsplan maakt, houdt ze rekening met onder andere:
- kleuren die bij elkaar passen
- vormen en uiterlijk die elkaar versterken en voldoen aan de woonwensen
- oogsttijd (niet onbelangrijk, want als we alles in 1 keer kunnen oogsten, is er overvloed en wordt er wekenlang hetzelfde gegeten)
- onderhoud
- verzorging
- geschikt voor de bodemsoort
- bijdrage aan biodiversiteit
- tuinwensen en/of reeds aanwezige tuinontwerp
Haar kennis reikt daarin heel ver, waardoor ze met verassende combinaties komt. Bovendien zijn haar plannen in veel gevallen zeer leerzaam, omdat er planten worden gebruikt waarvan velen niet weten dat deze eetbaar zijn. Wat te denken van Lupines. De meeste mensen herkennen de Lupine als prachtige toortsachtige bloem die verkrijgbaar is in verschillende kleuren en volop bijen aantrekt in de zomer. Goed voor de biodiversiteit. Veel tuinliefhebbers weten ook dat lupines groenbemesters zijn en daardoor veelvuldig gebruikt worden in de land- en tuinbouw. Ze binden stikstof, waardoor er een rijkere bodem ontstaat. Maar wist u ook dat ze heerlijke gezonde snacks aan ons geven? Wanneer u de bloemen na de bloei laat staan, verschijnen er peulvruchten die, nadat ze zijn gedroogd, een tussendoortje vormen om van te smullen. Pas wel op! Er bestaan velen soorten lupines waarvan slechts enkele geschikt zijn voor consumptie. Laat u dus wel goed informeren.
Nu we het toch over bloemen hebben, wat dacht u van een frisse salade met bloemen?
Kies voor zachte viooltjes of pittige Oost-Indische kers.
Zelf zijn we fan van de goudsbloem. Hij geeft kleur aan de tuin, heeft een lange bloeitijd, van mei tot november, en kent vele toepassingen. Om te beginnen draagt hij bij aan de biodiversiteit. De bloemblaadjes kunnen gegeten worden (Naar verluid dragen ze bij aan een gezonde gal en lever) en er kan zalf of tinctuur van worden gemaakt zodat er een huidherstellend product ontstaat. Kortom, wat ons betreft mag de goudsbloem niet ontbreken.
Voor wie op zoek is naar meer groen in de tuin kan kiezen uit bijvoorbeeld de vlierbes of de Chinese Toon, ook wel Chinese Mahonieboom genoemd. We zien hem niet veel toegepast worden. Waarschijnlijk omdat hij behoorlijk ruimte inneemt. Een grote tuin is dus wel een vereiste. Hij kan maar liefst 15 meter hoog worden en goed breed. Het is een veelzijdige boom want de jonge bladeren kunnen als groente worden gegeten en de oudere bladeren doen het goed in de thee. Bovendien geeft hij in juni prachtige geurige witte bloemen.
De vlierbes is natuurlijk bekend om de vlierbessensap die ervan gewonnen wordt. Maar wist u dat de bloesem eveneens eetbaar is?
Zo kunnen we nog wel enkele bomen en struiken noemen.
De hierboven genoemde voorbeelden zijn niet per definitie goed voor de biodiversiteit. Daar bedoelen we mee dat we bij de zorg om biodiversiteit streven naar het toepassen van zoveel mogelijk inheemse beplanting en het liefst beplanting die van nature voorkomt in de regio lokale beplanting, waardoor meer bijen- en vlindersoorten hier profijt van hebben. Met uitheemse soorten bestaat een reëele kans dat een groot deel van ‘onze’ insecten er niets aan hebben. Bijvoorbeeld doordat ze niet bij de nectar kunnen komen of doordat er helemaal geen voedsel op te vinden is. In dit filmpje vertelt Ad daar meer over.
Bij het maken van een beplantingsplan wordt altijd gezocht naar balans tussen uw tuinwensen en de biodiversiteit.
Nu hoeft u natuurlijk niet direct de hele tuin op de schop te nemen om heerlijk zelfvoorzienend door uw tuin te kunnen struinen, waarmee u de lekkerste gerechten op tafel kunt zetten. U kunt ook eenvoudig beginnen met een voedselbosje. Kies een hoekje in de tuin waar weinig gebruik van wordt gemaakt of vervang een aantal planten in de border.
Ons advies? Vraag het Jana, voordat u aan de slag gaat.
U kunt dit nu extra voordelig doen met deze kortingsvoucher!
